U bent hier: Home / Kindermishandeling in de Jeugdzorg

Kindermishandeling in de Jeugdzorg

by J.L. de Kreek — last modified 13-06-2019 03:00
Opgeslagen onder:

De chronische kindermishandeling en kindermisbruik in de Jeugdzorg is reeds jaren onderwerp van debat in de sociale media. Woensdag 12 juni 2019 verscheen het eindrapport van de onderzoekscommissie De Winter. Volgens de commissie beschouwen veel ex-pupillen, die vanaf 1945 tot nu in de interne jeugdzorg hebben gezeten, hun bejegening als ‘liefdeloos en zeer hard’. Toezichthoudende instanties hebben bij geweld onvoldoende ingegrepen. Onmiddellijk komen herinneringen boven aan de zaak rond het meisje A. Meisje A. is geboren bij ouders die niks anders willen dan het beste voor hun kind. Het kind was bewust verwekt.

Enig moment kort voor de bevalling verhuisde het gezin naar de grote stad. Tijdelijk woonde ze bij iemand in en in de stad was een mooie etage voor hen vrij. Een leuke stad in een leuke buurt bovendien. Iedereen blij. Tot de bevalling in het ziekenhuis een feit was. Onvrede van ouders over de behandeling door het ziekenhuispersoneel leidde tot een zorgmelding bij de plaatselijke Bureau Jeugdzorg. De crisismanager van Bureau Jeugdzorg was meteen ter plaatsen. De vader moest van deze crisismanager erkennen dat de zorg in het ziekenhuis goed was. De melding werd meteen zonder nader onderzoek naar de feiten en omstandigheden voor waarheid aangenomen door de crisismanager. Thuisgekomen wonnen ouders juridisch advies in. Ze kregen snel goede hulp.

De raadsman die hen bijstond sprak met de crisismanager. Iedereen was het er over eens dat er sprake was van een misverstand. Met het kind was alles goed. De raadsman van ouders sprak met de crisismanager van BJZ af dat Jeugdzorg zich niet met ouders en kind zou bemoeien als ouders de gezondheid van hun kind regelmatig lieten monitoren door hun huisarts en de huisarts gedurende een bepaalde periode geen klachten zou hebben. De crisismanager van BJZ liet weten dat als twee derde van die periode voorbij was en alles goed was met het kind, hij het ook goed vond. De vader en de crisismanager bevestigde de afspraken jegens elkaar. Ouders kwamen prompt de gemaakte afspraken stipt na en de huisarts had geen enkele klacht over ouders en/of kind. Niks waarover hij zich zorgen maakte. Meisje A. was geboren in een kindrijke omgeving met allemaal liefhebbende ouders.

Enige dagen nadat de afspraken met de Jeugdzorg waren bezegeld en de rust wedergekeerde in het huis van het pasgeboren kind, en iedereen gelukzalig en blij was, werd de raadsman van ouders 's avonds laat uit zijn bed gebeld door de vader van meisje A. want de politie had haar laat in de avond meegenomen. Zonder enige last te betekenen. Bleek dat BJZ achter ieders rug om een spoed UHP had aangevraagd waarvan tot op heden niemand weet wat daarvan de grond is. De spoed UHP werd zonder ouders te horen en zonder onderzoek naar de gepercipieerde zorgen afgegeven door een kinderrechter die als beslisser ook werkzaam is bij een bureau jeugdzorg. Na de spoed UHP hadden de ouders het nakijken. De ouders moesten uit elkaar van Jeugdzorg anders zou de moeder haar kind nooit meer zien. Toen ouders uit elkaar waren met ieder een eigen woning was het ook niet goed volgens BJZ. 

Niks helpt. Ouders kunnen pleiten en bewijzen was ze willen. De rechtszaken vinden met gesloten deuren plaats. Niemand behalve ouders en hun raadslieden weten wat zich achter de deuren bij de kinderrechter afspeelt. Equality of arms is op voorhand afwezig want de Jeugdzorg opereert met justitiële middelen in het civielrechtelijke kader. Ouders en kind hebben alleen het civielrechtelijke kader tot de beschikking en geen enkel wapen om zich te weren tegen de strafrechtelijke middelen van de Jeugdzorg. Het meisje A. is gedwongen verdwenen. Niemand weet waar ze is. Ouders hebben geen idee hoe het met hun kind gaat. Al jaren buiten bescherming van de wet geplaatst. Terwijl er niks aan de hand was waarover de crisismanager van BJZ zich zorgen hoefde te maken.

Share |

Permalinks